Op aarde is alle leven met elkaar verbonden. Elke ingreep heeft gevolgen voor het geheel. Dit is ook te zien aan de kringloop in de tuin. Organisch materiaal als plantenresten levert na vertering humus op. Humus kan voor de plant essentiële voedingsstoffen aan zich binden. Bij het verteren van vergane plantenresten spelen o.a. wormen, talloze bodembeestjes, zuurstof, gunstige schimmels en de warmte van de zon een onmisbare rol. Door deze kringloop blijft de aarde vruchtbaar en kunnen planten groeien en bloeien. Met andere woorden: als we benutten wat de natuur ons biedt, houden we de kringloop in stand.
Elke tuin is weer anders doordat de bodemomstandigheden (voedselrijk of -arm, vochtig of droog) en de hoeveelheid zonlicht die er komt telkens verschillen. Alhoewel planten vallen in te delen in een aantal hoofdcategorieën als zon- of schaduwminnend hebben ze daarbij ook specifieke behoeften als PH-waarde van de grond (zuur of alkalisch) en veel of weinig stikstof (N). Sommige planten komen al van oorsprong voor in Nederland. Deze worden “inheemse planten” genoemd. Dit zijn dus planten die heel goed zijn aangepast aan het Nederlandse klimaat en omstandigheden. Bovendien zijn dit juist die soorten waar vogels en vlinders de voorkeur aan geven.